HOORN – De Koninklijke Nederlandse Redding Maatschappij (KNRM) heeft haar grootste werfopdracht in 200 jaar geschiedenis geplaatst: de bouw van twaalf nieuwe reddingboten.
Deze investering van circa 20 miljoen euro wordt volledig bekostigd door schenkingen, nalatenschappen en bijdragen van donateurs. De bouw vindt plaats bij twee vertrouwde Nederlandse werven, Dok en Scheepsbouw Woudsend B.V. in Woudsend en Habbeké Shipyard B.V. in Hoorn.
Vervanging van de oudere vloot
De nieuwe reddingboten, een doorontwikkeling van de huidige Valentijnklasse, vervangen de oudste schepen in de vloot die bijna 30 jaar oud zijn. Het gaat om rigid-inflatable-boats (RIB’s) met een lengte van 10 tot 11 meter. Deze boten staan bekend om hun zeewaardigheid, snelheid van 60 km/uur en zelfrichtend vermogen na kapseizen.
“De boten worden geroemd door onze redders en zijn ontworpen voor inzet onder alle weersomstandigheden. Deze modernere Van Wijkklasse is een waardevolle aanvulling op onze vloot,” aldus een woordvoerder van de KNRM.
Schenkingen bepalen naamgeving
Traditiegetrouw krijgen de reddingboten een naam van de schenker of erflater die de bouw mogelijk heeft gemaakt. Voor zes van de twaalf nieuwe boten is al een naam bepaald. Voor de overige zes hoopt de KNRM de komende jaren eveneens trotse naamgevers te vinden.
Bestemming van de boten
De nieuwe reddingboten worden verspreid over elf reddingstations in Nederland, waaronder Enkhuizen, Urk, Zandvoort en Terschelling. Eén schip wordt toegevoegd aan de reservevloot en zal worden ingezet wanneer andere boten in onderhoud zijn. De bouw van de reddingboten start in 2026.
De KNRM benadrukt dat deze investering alleen mogelijk is dankzij de gulle giften van donateurs. “Deze boten staan symbool voor de kracht van betrokkenheid en samenwerking binnen Nederland,” aldus de KNRM.